Vandaag zat er weer een vrouw bij mij in de praktijk met een herkenbaar verhaal. Ze vertelde over haar ex-partner. Hoe hij jarenlang thuis overal spullen liet slingeren. Zijn kast was een chaos, de woonkamer een rommelige verzamelplek van van alles en nog wat. Ze werd er gek van. Ze voelde zich niet gezien, niet serieus genomen. “Alsof ik de enige was die verantwoordelijk was voor het huishouden.”
En nu… nu woont hij alleen. En alles is netjes. Kast opgeruimd. Afwas gedaan. Geen rondslingerende sokken meer.
Ze kijkt me aan en zegt: “Hoe dan? Waarom kon het toen niet en nu ineens wel?!”
Een vraag die ik vaker hoor. En die op meerdere lagen speelt.
Het gedrag was geen onvermogen. Het was een dynamiek
Wat vaak gebeurt in relaties, is dat partners – vaak onbewust – bepaalde rollen van elkaar overnemen. En voordat je het doorhebt, zit je in een dynamiek waarin de een de verantwoordelijkheid neemt, en de ander die verantwoordelijkheid als het ware uit handen geeft. Niet per se omdat hij het niet kán. Maar omdat het in het samenspel zo is gegroeid.
Misschien was hij het gewend dat er altijd iemand opruimde. Of voelde hij zich thuis minder competent, omdat er toch altijd commentaar kwam op hoe hij het deed. En hoe meer hij het liet liggen, hoe meer zij ging opruimen. Tot het een patroon werd.

Alleen wonen verandert het systeem
Zodra iemand alleen woont, verandert het systeem. Er is niemand meer die het overneemt of corrigeert. En er is ook niemand meer om (onbewust) tegen te rebelleren. Dat klinkt heftig, maar vaak zit daar wel een stukje waarheid in. Gedrag is zelden ‘gewoon gemakzucht’. Het is meestal verbonden aan diepere dynamieken, verwachtingen of patronen uit eerdere relaties of zelfs de kindertijd.
Zodra iemand op zichzelf woont, ontstaat er ruimte. Ruimte om verantwoordelijkheid te nemen. Om op eigen voorwaarden te bepalen wat belangrijk is. En het verrassende is: dat lukt vaak ook gewoon.
Wat zegt dit dan over de relatie?
Soms voelt het als een klap in je gezicht als je ziet dat hij het nu wél kan. Je vraagt je af waarom hij dat niet voor jou deed. Of voor jullie gezin.
En toch gaat het meestal niet over onwil of onverschilligheid. Het gaat over systemen die uit balans zijn geraakt. Over patronen waarin je elkaar vasthoudt, ook al wil je dat niet.
Als je dit herkent, weet dan: je bent niet alleen. En je hebt niet gefaald. In mijn praktijk kijk ik met stellen (en ook met individuen) naar precies dit soort dynamieken. Niet om schuld te zoeken, maar om inzicht te krijgen. Want zodra je gaat zien wat er onder het gedrag ligt, ontstaat er ruimte voor verandering.
Soms is dat in de relatie zelf. En soms pas erna.
Maar altijd begint het met bewustwording.